Humans of Roosendaal: De impact van de scheiding van je ouders

Naam: Debbie
Leeftijd: 19 jaar
Studie: derdejaarsstudent aan de Pabo
Hobby: Hockey

Debbie leeft in een wereld met gescheiden ouders. Ondanks dat haar ouders al meer dan 10 jaar geleden gescheiden zijn, heeft het nog altijd veel invloed op haar planning en doen en laten.

“Mijn ouders hadden vaak ruzie. Mijn moeder vertelde me dat mijn vader al jaren niet meer van mijn haar hield. Hij bleef bij haar voor ons, de kinderen. Rond het einde van 2008 hadden mijn ouders voor de zoveelste keer ruzie, eigenlijk om niks. Uiteindelijk liep het dusdanig uit de hand dat mijn vader er klaar mee was, voor hem was de maat vol. Al de ruzies en discussies waren hem niet meer waard. Hij schreeuwde naar mijn moeder dat hij wilde scheiden. Mijn broertje en ik waren hierbij. Mijn moeder raakte in paniek en ook mijn broertje en ik waren erg geschrokken. We wisten niet wat ons overkwam.

Op diezelfde middag zou ik gaan lunchen en daarna naar een vriendin gaan. Nadat mijn vader had verteld dat hij wilde scheiden kreeg ik geen hap meer door mijn keel. Ook heb ik de afspraak met mijn vriendin afgezegd. Ergens wist ik dat het beter zou zijn en dat de ruzies vanaf nu afgelopen zouden zijn, maar toch voelde ik me erg verdrietig.

Mijn moeder woonde op dat moment in Roosendaal. Zelf heb ik hier altijd gewoond en deze stad voelt als mijn thuis. In eerste instantie vertrok mijn vader, hij was de initiatiefnemer. Hij woonde vervolgens tijdelijk in een bungalow. Uiteindelijk is hij ingetrokken bij zijn nieuwe partner. Zij wonen niet in de buurt van Roosendaal en daarom heb ik besloten om bij mijn moeder te blijven wonen.

Ik ben ontzettend blij voor mijn vader dat hij een nieuwe partner gevonden heeft. Ik mag zeker niet klagen, maar toch voelt het niet altijd even prettig. Op sommige momenten botst het. Het feit dat zij niet mijn echte moeder is maakt het op dat moment nóg erger. Ik wil haar niet afkraken want ik weet ergens dat ze haar best doet, maar helaas klinkt het gewoon niet goed tussen haar en mij.

Ondanks dat is de scheiding van mijn ouders niet kan benoemen als een vechtscheiding, was het ook zeker geen pretje. Mijn ouders hebben nog altijd geen goed contact met elkaar. Het is beter als ze elkaar vermijden. Ze zijn nooit meer écht goed met elkaar geweest en naar mijn idee gaan ze dat ook niet meer gaan worden. Het liefst zie je als kind natuurlijk dat je ouders normaal met elkaar om kunnen gaan, ook na een scheiding. Als ouder is dat ook wat je het liefst wil, maar soms gaat dat gewoon niet.

In mij  geval is het beter is dat mijn ouders uit elkaar zijn. Ondanks dat vind ik het moeilijk dat mijn ouders op belangrijke momenten voor mijn broertje of mij niet eens naast elkaar kunnen zitten. Ook even kort met elkaar praten zit er niet in. Dit is iets wat ik graag anders had gezien. Ik vind het nog wel lastig om naast mijn vrienden, school en werk ook nog activiteiten in te plannen met mijn ouders, maar ik heb de situatie geaccepteerd. Het is hoe het is.”

Humans of Roosendaal: Van schooljongen naar jonge ondernemer

Naam: Thomas Spinder
Leeftijd: 20 jaar
Baan: Eigen merk en webshop (Savency)

Thomas Spinder is een jonge ondernemer met zijn eigen webshop. In de afgelopen jaren heeft hij een webshop opgebouwd genaamd Savency. Op deze webshop verkoop hij eigen ontworpen petten.

“Op mijn 12e begon eigenlijk al met ondernemen. Ik ontwierp toentertijd logo’s voor bedrijven. Per logo kreeg ik 2 euro en hiervan haalde ik vervolgens frikandellenbroodjes in de middag. Vanuit daar kreeg ik interesse in het maken en beginnen van een webshop.

Toen ik 16 was wilde ik een website maken gespecialiseerd in petjes. Ik had het plan om petjes van allerlei merken in te kopen, en die vervolgens te verkopen op mijn website. Door de hoge kosten liep dat wat anders dan verwacht. Ik ben verder gaan brainstormen en zo kwam ik bij Savency uit. Ik begon met ontwerpen van petten die ik op de markt wilde brengen. Dit was helaas niet zo makkelijk als het leek. Ik heb veel onderzoek moeten doen over materiaal, goede investeringen, winst maken en ontwerpen maken. Ik heb een baan gezocht en met het geld dat ik daar verdiende ben ik gaan investeren in mijn eigen onderneming.

Mijn passie voor ondernemen begon al vroeg. Vroeger werd ik erg gepest. Via het ondernemen en het bezig zijn probeerde ik een uitweg te vinden, en dat lukte. Ik kon hier mijn ei in kwijt. Toen het pesten voorbij was, merkte ik dat ondernemen niet alleen een uitweg was. Het bleek niet alleen een uitlaatklep te zijn, maar ook iets wat echt in me zat. Toen wist ik het zeker: dit is waar ik mee door wil gaan. Op mijn 18e verjaardag ben ik gestopt met school en heb ik me ingeschreven bij de Kamer van Koophandel.

Mijn omgeving reageerde in eerste instantie niet heel enthousiast. Mijn beste vriend vroeg zich af of stoppen met school wel een goed idee was en mijn ouders waren er al helemaal niet blij mee. Dit motiveerde mij om aan hen te laten zien dat ik het wel kon en dat dit een goed idee was. Naarmate de tijd verstrekte, kregen mijn ouders er steeds meer vertrouwen in. Nu zijn mijn ouders super trots op mij en op wat ik bereikt heb.

Het leukste aan ondernemen vind ik de wisselvalligheid, de mensen die ik ontmoet en de successen die ik boek. Ik krijg veel waardering voor wat ik doe. Dit geeft mij weer meer doorzettingsvermogen en motivatie.  Het lijkt me tof om in de toekomst een grotere collectie te hebben verspreid over meerdere winkels. Daarnaast hoop ik dan fulltime te kunnen werken binnen mijn eigen onderneming en dat ik hiervan te kunnen leven.”

Passie voor… sneakers!

Bas Honders (28) heeft een ietwat uit de hand gelopen hobby: sneakers verzamelen. Wat begon als iets kleins eindigde in een eigen sneakerwebsite, een mega groot bereik en meer dan 2000 paar sneakers! Maar hoe is dat allemaal ineens tot stand gekomen?

Zou je jezelf voor kunnen stellen?
Ik ben Bas Honders en ik ben 28 jaar. Ik woon in Den Haag. Van mijn hobby heb ik mijn werk weten te maken. Ik heb sneakers altijd tof gevonden. Als klein kind wilde ik altijd al Nikes. Toen ik naar de middelbare school ging zag ik jongens op Nike Air Max Classics lopen, dat waren toentertijd dé schoenen. Toen ik thuis vertelde dat ik die schoenen wilde vond mijn moeder ze veel te duur. Op een gegeven moment waren uitgerekend die schoenen in de aanbieding, maar helaas waren ze er niet in mijn maat. De sneakers waren er wel in mijn broertjes maat en je raadt het al: hij mocht de schoenen wel hebben. Dat was zuur.

Toen ik 16 jaar was kocht ik van mijn eigen gespaarde geld een paar Nikes overkomen uit Amerika. Destijds vergaarde ik nog informatie via Hyves en kwam ik via daar in contact met mensen met dezelfde hobby. Vanaf dat moment ging het snel. Van het geld dat ik verdiende met mijn bijbaan kocht ik nieuwe sneakers. Ik moest schoenen verkopen om  nieuwe schoenen te kunnen kopen en zo rolde ik in het ondernemerschap. Het verkopen en inkopen liep zo goed dat een vriend van mij en ik hier samen iets mee wilden gaan doen. door samen te werken versterkten we onze marktpositie. In 2015 hebben we outsole.nl opgericht. In de loop der jaren zijn we flink gegroeid en er zullen weinig sneakerliefhebbers zijn die ons niet kennen.”  

Hoe zorg je dat je dat ene unieke exemplaar bemachtigt?
“Dat gaat op basis van je netwerk. Ik zit nu 12 jaar in deze business en daardoor heb ik een naam op kunnen bouwen. Voorheen was het een kwestie van zoeken: Facebook en Hyves afgaan om zo een netwerk te creëren. Nu zitten mijn businesspartner en ik in een luxepositie. Mensen komen naar ons toe en bieden hun collectie aan. Door een goede service aan te bieden blijven de klanten ook terugkomen. Je moet naast klanten vinden ook zorgen dat je ze behoudt”

Had je snel door dat je van je hobby je baan kon maken?
“In het begin zag ik het totaal niet zo. Ik was een verzamelaar en ik wilde alleen maar meer en meer exemplaren in mijn collectie hebben. Als je zo jong bent, verdien je niet veel. Je kan niet zo maar aan meer geld komen voor die schoenen die je wil hebben. Toen ik begon met paartjes verkopen om nieuwe te kopen, kwam ik erachter dat ik eigenlijk al aan het ondernemen was. Vanaf toen ben ik er bewust van geworden. Ik ben het beter gaan aanpakken en uitbreiden.”

Hoeveel kost het duurste paar dat je hebt?
“We hebben paren van rond de 5000 euro, dat is het hoogste wat ik op dit moment heb. Twee weken geleden hebben we een paar voor 6000 euro verkocht. Ik heb een aantal favoriete paren, maar ik heb wel een paar schoenen dat écht mijn favoriet is. Hij komt uit 2004 en zit nog helemaal nieuw in de originele doos. Ze komen uit Tokio. De zool is heel bijzonder en het crêpe op de bovenkant maakt het echt uniek. Dit paar is mijn pronkstuk en die zal ik nooit weg doen.”

Maak je een onderscheid tussen paren die je wel en niet draagt?
“Alle sneakers die ik heb, draag ik. Je hebt ook verzamelaars die ze niet dragen en er alleen naar kijken, maar dat doe ik niet. Ik vind het tof om ermee rond te lopen. Het is natuurlijk geen schilderij dat je aan de muur hangt. De schoenen hou ik wel netjes. Mensen vragen vaak of ik alweer nieuwe schoenen heb, maar die heb ik dan al twee jaar. Ik heb ze alleen nog nooit gedragen dan, omdat ik zoveel paar heb. Ik weet soms niet eens meer dat ik de sneakers heb tot ik de doos na een lange tijd weer eens opentrek. Natuurlijk gaat er, doordat ze gedragen, zijn wel wat van de waarde af, maar omdat vele paartjes zo uniek zijn, blijft de waarde erg hoog. Je moet natuurlijk wel zorgen dat ze nog draagbaar zijn.”

Wat zijn je plannen voor de toekomst?
In de toekomst wil ik nóg groter worden en nog meet uitbreiden met mijn bedrijf. Daarnaast blijf ik een verzamelaar, er zijn dus nog genoeg paartjes die ik wil bemachtigen.

Column: De laatste loodjes, tentamenstress…

Nadat je heel het jaar vrijwel niks hebt uitgevoerd is dé week dan toch daar: de laatste tentamenweek. Waarbij al je vrienden heel het jaar wél op hebben gelet en naar de lessen zijn gegaan, lag jij toch liever in je bed. ‘Die PowerPoint lees ik nog wel na’ en ‘Die les is echt niet zó belangrijk’ zijn dingen die je heel het jaar riep. Nu baal je dat je heel het jaar niks gedaan hebt en wou je dat  je het beter aan had gepakt. Er is geen tijd om te zuchten en te jammeren, want binnen een paar weken moet jij nog een project inleveren én zo’n 5 à 6 tentamens halen.

Even een ‘korte break’…
Terwijl de zon elke dag steeds een stukje feller begint te schijnen, zit jij binnen te leren. Ondanks dat je nog zo weinig tijd hebt, is de motivatie nog altijd niet aanwezig. Je beloont jezelf daarom om de kleinste dingen. Nadat je alleen nog maar op een rijtje hebt gezet wat je nog moet gaan doen, besluit je om even een ‘korte  break’ te nemen. Die ‘korte break’ eindigt in een uur lang sociale media afscrollen op je telefoon. Oké, nu echt focus! Je doet je telefoon uit en met pijn en moeite begin je te leren voor je eerste tentamen. Het is ongelofelijk saai, en je moet nog zo veel…

Terrassen? Ja leuk!
Er verschijnt een whatsappmelding op je telefoon. Een van je vriendinnen vraagt of je mee gaat terrassen. Echt een super leuk idee, en ook echt iets waar je aan toe bent. Je kijkt opzij en ziet de stapel met boeken liggen die jij nog uit je hoofd moet leren. Helaas zit het terras er vandaag niet in, of misschien… ‘Als ik nu echt goed ga leren, kan ik later aanschuiven!’ Ik spreek mezelf moed in en ik ga weer aan de slag. Na een uurtje vind ik het wel genoeg geweest. Ik pak mijn telefoon en ik zie alle foto’s van mijn vriendinnen die lekker aan het genieten zijn op het terras. Zwak als ik ben besluit ik om ook naar het terras te gaan.

De middag op het terras was super gezellig, tot ik thuiskom. Ik zie de stapel met boeken en besef weer hoeveel ik eigenlijk nog moet doen, en nu heb ik nóg een dag minder. Morgen dan maar een nieuwe kans…

Passie voor… honkbal!

Voor Lars Broersen (23) bestaat er maar één sport: honkbal. De passie voor honkbal zat er al vroeg in. Vanaf het eerste moment beleefde hij er plezier in en dat is alleen maar meer geworden. Met de jaren mee is honkbal steeds meer voor hem gaan betekenen. Een uit de hand gelopen hobby vol met tegenslagen, waarbij hij nu aan de top speelt.

“Ik ben 23 jaar en ik honkbal nu 19 jaar lang. Het begon allemaal onschuldig en onbewust. Ik scheen wel goed te kunnen honkballen, maar dat wist ik ook nog niet. Op een gegeven moment kreeg ik in de gaten dat de trainers mij in teams plaatsten die als ‘talententeams’ werden gezien. De eerste momenten van bewustwording komen dan op. Ik kreeg door dat ik iets meer kon dan een gemiddeld persoon.

Vervolgens ben ik via een scout bij de honkbalschool terecht gekomen. Het klinkt heel groot, maar eigenlijk is het gewoon veel en intensief trainen waarnaast je ook nog je studie moet volgen. Je volgt je normale lessen bij een normale middelbare school. Wel had ik te maken met topsportregelingen, waardoor ik om vier uur altijd weg mocht om te gaan honkballen. Na de training stond er thuis vaak nog een berg huiswerk op me te wachten.

Hoe langer je in het traject zit, hoe meer je gaat beseffen dat je talent hebt. Ik ging nadenken over wat ik al kon en wat er nog mogelijk was als ik nóg meer zou gaan trainen. Op dat moment ben ik de harde kant van de topsportwereld tegengekomen. Tijdens mijn tijd op de honkbalschool heb ik een vrij ernstige blessure opgelopen. Ik ben werper en binnen de honkbalsport zijn werpers gevoelig voor elleboog- en schouderblessures. Ik had een flinke beschadiging aan een spier in mijn elleboog. Dit betekende dat ik simpelweg rust moest houden. Ik mocht niet honkballen en heb er hierdoor zeker een jaar uitgelegen.

In die periode heb ik gemerkt hoe makkelijk er een kruis door jouw naam gaat als talent als je een blessure hebt. Vanaf dat moment wilde ik laten zien dat kracht, discipline en hard werken net zo belangrijk is voor een topsporter als talent. Mijn harde werk werd beloond met een contract op het allerhoogste niveau.

Ik vind honkbal zo leuk omdat het nog een sport is. Bij voetbal draait het bijvoorbeeld veel om geld. Het sportieve wordt hierdoor beïnvloed. In de honkbalsport gaat nauwelijks geld om. Het gaat er veel meer om waar jij als sportman voor gaat en staat. Los van dat is honkbal veel minder fysiek dan voetbal. Mentaal is honkbal daarentegen veel zwaarder. Je bent met zoveel tactieken bezig dat je honkbal uiteindelijk meer als een mentale sport kan zien dan als een fysieke sport.

Honkbal is voor mij niet alleen een sport, het is een passie en heel mijn levensstijl draait erom. Ik heb in de afgelopen jaren meerdere opofferingen moeten doen voor deze sport. Mijn hele puberteit heeft er anders uitgezien. Waar de gemiddelde leerling vaak uitging in het weekend lag om op tijd in bed omdat ik de volgende dag moest spelen. Soms vind ik dat jammer, maar ik zal nooit spijt hebben van mijn keuzes.”

Passie voor… fitness!

Patrick van Rixoort heeft een niet al te leuke jeugd gehad: hij leed aan Anorexia, had acne en werd daar veel mee gepest. Nadat Patrick de bodem van de put bereikt had en geen zelfvertrouwen en zelfrespect meer had, ontdekte hij fitness. Dit heeft heel zijn leven veranderd.

In zijn jongere jaren groeit Patrick op in Papendrecht. Sinds twee jaar woont hij in Roosendaal. Vanaf jongs af aan had Patrick al moeite met eten. “Ik at geen fruit en geen groenten. Ook at ik vrijwel niks wat veel vet bevatte. Op een gegeven moment merkte ik dat ik het eten echt niet meer lustte. Verder dronk ik ook alleen maar water. Dit resulteerde erin dat ik heel mager bleef.”

Toen Patrick 15 jaar was, woog hij nog geen 50 kilo. “Naast dat ik weinig at, sportte ik ook veel waardoor ik nog dunner werd. Vaak sloeg ik de lunch over en als ik ’s avonds hele kleine porties.” In die tijd voelde Patrick zich ook erg alleen. Hij had vrijwel geen vrienden. Naast dat hij erg dus was had hij ook last van ADHD en acne. “Ik werd regelmatig gepest, ik was een sukkel en had totaal geen zelfvertrouwen.”

“Er zijn wel degelijk momenten geweest dat ik klaar met het leven was”, vervolgt hij. Patrick heeft er meerdere keren aan gedacht om zijn leven te eindigen. “Ik heb mezelf een keer bijna verdronken en meerdere keren met een mes bij mijn keel gestaan.” Daarnaast had hij continu stemmen in mijn hoofd die de baas speelden over zijn lichaam en hem vertelden wat hij moest doen.

Patrick zag een video op Youtube waarin een magere jongen door fitness en krachttraining transformeerde tot een jongen met een gespierd lichaam. Hij wist toen meteen: dit wil ik ook. “Toen begon ik met fitness. 2 tot 3 keer per week ging ik naar de sportschool en daarnaast denk ik aan wedstrijdzwemmen. Ik deed aan krachttraining waardoor ik spiermassa opbouwde.” Patrick zag dit als de ultieme kans op te bereiken wat hij altijd wilde: een gespierd lichaam zodat hij niet meer onzeker hoefde te zijn.

Een jaar later was er zeker al resultaat te zien. Wanneer Patrick in de spiegel keek zag hij dat hij er gezonder uitzag. “Ik had meer vet op mijn lichaam en ik zag er veel gezonder uit. Na twee jaar zag ik nog meer resultaat en begon ik me langzaamaan echt meer tevreden te worden met mezelf.”

“Fitness heeft echt mijn leven veranderd”, vervolgt Patrick. “Als ik nu in de sportschool staan en ik ben bezig met zware gewichten, dan denk ik aan de mensen die mij vroeger pestte en zeiden dat ik het toch niet kon. Ik heb laten zien dat ik het wel kan, en dat gevoel is geweldig.”